In 2025 moet de helft van de nieuwe personenauto’s een elektrische aandrijflijn hebben. In mijn ogen kan dat alleen met belastingverlagingen.
Met het saneren van de subsidies is het aandeel hybrideauto’s in de verkoop gekelderd van bijna 10% in 2015 tot nog maar 0,1% aan het begin van 2017. Het rijksvoordeel op volledig elektrische auto’s is gebleven, maar deze zijn voor particulieren onbetaalbaar. Zelfs de goedkoopste batterijauto – ook de zo geanticipeerde ‘goedkope’ Tesla – kost meer dan € 35.000. Voor de helft heb je een in alles aantrekkelijkere benzineauto. En voor wie de wereld graag op de achterkant van een sigarendoos ziet: voor het verschil kan je zo 12 jaar lang je benzine betalen. Of de studie van je kind.
Groot verschil bedrijven en particulieren
Elektrisch rijden is voor bedrijven wel aantrekkelijk. Met BTW- en extra aftrek voor groene investeringen alsook loonbelastingvoordelen bovenop de rijkssubsidies ontstaat een financieel haalbaar plaatje. Busondernemingen, buitendiensten en vrachtvervoerders schakelen dan ook in rap tempo over.
Particulieren kennen geen aanvullende belastingvoordelen. Een hardwerkende Nederlander moet zijn nieuwe auto helemaal netto opbrengen. Hierdoor vlucht de particulier naar steeds oudere tweedehandsauto’s en vergrijst het wagenpark in plaats van te vergroenen.
Groene schaalsprongen
Voor sommigen misschien een eyeopener, maar het liberale gedachtengoed helpt om groene schaalsprongen te maken. Nu houdt de belastingdruk het hergebruik van vervuilende technieken aantrekkelijk en dat kunnen we veranderen door particulieren bij de aanschaf van een auto op dezelfde manier fiscaal te ontlasten als bedrijven.
Het zal er wel niet van komen. Te rechts. Belastingverlichting leidt tot een grotere inkomenskloof en het aanwakkeren van autobezit jaagt de reiziger van de fiets en uit de trein. We blijven dan wel met een steeds ouder wagenpark en onhaalbare vergroeningsidealen zitten. De particulier staat aan de kant en ziet toe hoe lachende elektromobilisten in Amsterdam de aangeboden e-laadplekken opeisen. Of gewoon ongebruikt laten.